Schrijf jij al in geuren en kleuren? Voer jij je lezer mee in jouw verhaalwereld, zodat hij alles om zich heen vergeet? Zodat hij verder wil lezen, tot de allerlaatste punt?
De lezer verleiden met goed gekozen woorden, met indringende beelden en huiveringwekkende details, dat is waar iedere schrijver naar streeft. Maar dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan.
Zelf had ik vaak het gevoel dat mijn teksten een flauwe afspiegeling waren van de beelden in mijn hoofd. Dat het mij niet lukte om de situaties in mijn verhaal levendig aan de lezer te presenteren.
In de loop der jaren heb ik ontdekt dat beeldend schrijven veel te maken heeft met je schrijfstijl. En die kunt je verbeteren door op allerlei manieren te oefenen.
Iedere vaardigheid die je wilt aanleren kost tijd en moeite, maar ik geef je hieronder graag alvast een paar gemakkelijk uitvoerbare tips. Zodat jouw teksten ook gaan sprankelen.
Tip 1: Lees goede boeken
Daarmee vergroot je je woordenschat en dat is nodig om heel precies te kunnen opschrijven wat je bedoelt. De woordenschat van de volwassen Nederlander varieert tussen de 10.000 en 25.000 woorden.
Wie leest, komt automatisch in contact met de woordenschat van een ander. Als je woordenschat niet zo uitgebreid is, is de kans groot dat je onbekende woorden tegenkomt. Vaak is het niet eens nodig om deze nieuwe woorden op te zoeken: door de context begrijp je meestal de betekenis.
Tip 2: Lees hardop
Jarenlang heb ik met veel plezier voorgelezen aan mijn kinderen, maar daarna stopte het voorlezen. Dat is heel jammer, want door teksten hardop uit te spreken worden klanken en ritmes in het onderbewuste geëtst.
De voorlezer ontwikkelt automatisch gevoel voor goed taalgebruik en ook voor de opbouw van scènes en verhalen. Voorgelezen teksten komen dieper binnen. De voorlezer noteert onbewust ook zaken als het effect van afwisseling in gebruik van korte en lange zinnen, van natuurlijke dialogen en van efficiënte samenvattingen binnen het verhaal.
Bovenstaande geldt natuurlijk niet alleen voor de voorlezer, maar zeker ook voor de toehoorder. Ook bij hem of haar komen klanken en ritmes binnen. Dus heb je niemand voor wie je kunt voorlezen en wil je niet aan jezelf voorlezen, overweeg dan eens om audio boeken te luisteren.
Vaak leest de schrijver zelf het boek voor. Dan weet je zeker dat de klemtoon op de juiste plaats valt en dat de stiltes goed gekozen zijn. Geniet van het verhaal en weet dat je ondertussen aan je schrijfstijl werkt.
Tip 3: lees gedichten
Wil je leren om beeldend te schrijven dan kan het lezen van gedichten een prima leerschool zijn. Dichters zijn bij uitstek schrijvers die metaforen gebruiken. Zij spelen met taal, met betekenis, met ambiguïteit (Ken je dit woord niet? Dat betekent dubbelzinnigheid in de taal.), met klank en kleur.
Veel dichters spelen ook met vorm op de pagina. Misschien denk je dat je daar als prozaschrijver niet zoveel aan hebt. Toch is ook hier het onbewuste aan het werk. De visuele speelsheid op de bladspiegel van de poëziebundel stimuleert ons onderbewuste om speelsheid in de constructie van onze eigen verhaal te brengen.
Meer tips vind je in mijn gratis e-boek:
Hoe je direct kunt starten met schrijven van verhalen op basis van je eigen leven zonder je zorgen te maken of je wel genoeg schrijftalent hebt
Laatste berichten van Marjon Sarneel (toon alles)
- Schrappen maakt je verhaal stukken beter en zo pak je dat effectief aan - 11 juni 2020
- Een schrijfdroom moet je nooit opgeven - 4 november 2019
- Hoe je het brein van je lezer activeert en je verhaal beeldend maakt - 15 oktober 2019
Beste mensen,
Bijgaand een klein stukje uit mijn boek welke ik al jaren geleden wilde uitbrengen…
Na een turbulente en complexe leven van aantal decennia lang van adoptie, huiselijk geweld, depressies en diverse verslavingen, heb ik het roer kunnen omgooien in de positieve zin.
Door deze ervaringen en obstakels te hebben doorleefd en te hebben overwonnen, zou ik wellicht een groep mensen kunnen inspireren.
Van pijn, angst en ellende positief om te buigen naar vrijheid, zelfliefde en vreugde!
Graag jullie reactie en commentaar wanneer jullie in de gelegenheid zijn…
Met vriendelijke groet,
Sun-Hee de Haan
Laren nh
06-831 63 959
——– Oorspronkelijk bericht ——–
Van: Sun-Hee de Haan
Datum: 06-11-2016 15:39(GMT+01:00)
Aan: Sun-Hee de Haan
Onderwerp: Fw: zomer 1972
Sprinkhanen vangen Seoul,
6 juli 1972
Eindelijk heb ik haar in slaap kunnen sussen, mijn zusje Soo van 1 1/2 jr oud.
Ze ligt uitgeput maar voldaan op de houten vloer, in een hoekje van ons woon-eet- en slaapkamer van 20 m2. Het is een óndul-vloer, die indien nodig, verwarmd wordt door de oven van de keuken aan te steken met houtskool.
De hitte kan via buizen onder de vloer de voor een aangename temperatuur zorgen. Maar met dit zomerse weer kan mijn zusje met hemd en luier haar middagdutje doen. Dit is wel nodig na een drukke ochtend met het vinden en sjouwen van lege flessen die we retour brachten naar ons dorpswinkeltje. Ik kreeg er slechts enkele wons (Koreaans geld) voor, die we vervolgens uitgaven aan limonade voor ons beiden.
Ik ben ook uitgeteld, ik ben vorige maand 4 jaar geworden en zou best een slaapje kunnen gebruiken maar nu heb ik even de tijd voor mezelf. Omma (moeder) komt pas straks terug van de verkoop van diverse keukengereedschap en Appa (vader) zal wat later thuis komen als hij genoeg stukken houtskool heeft kunnen verkopen op de markt of aan huis. Mijn oudere broer van 8 jr., Oppa in het Koreaans en oudere zus 6 jr., (Oenie) zijn naar school en mijn taak is het zo goed mogelijk voor mijn zusje te zorgen zolang iedereen aan het werk is of op school zit. Het is warm en broeierig zomerweer. Je kon leunen tegen het vocht, als het ware. Daarom heb ik ook heel weinig aan, een katoenen jurkje, weliswaar met scheuren met hier en daar wat gaatjes en het was ooit wit. Maar het is wel lekker luchtig! Mijn slippers zijn wat aan de krappe kant en dreigen stuk te gaan. Even raak ik in paniek omdat ik ze ooit zal moeten weggooien. Deze zijn van Oenie geweest en ik koester ze als prinsessen -muiltjes. Ik ga zitten op de veranda, die uit houten vlonders bestaat met een plastic zeil erover, en kijk wat dromerig voor mij uit naar de binnenplaats. Er hangen waslijnen met bontgekleurde kleertjes van onze verschillende buren en er staat een prominent aanwezige buiten WC die we met een rij buurtjes delen. De WC is een saai grijs geverfde, vierkante kast zonder plafond, voor de ventilatie. Mijn buikje begint te knorren bij het zien van de grote aardewerken potten op de binnenplaats waar onze voorraden Kimchi liggen opgeslagen. Dit is gefermenteerde Chinese, zurige kool, ingemaakt met heel veel knoflook en scherpe kruiden, voor de houdbaarheid.
Het is voor de hele winter bedoeld.
Het wordt gebruikt als een klein groentegerecht bij rijst en als je geluk hebt, met een stukje vlees of vis erbij.
Omdat ik vaak naar bed ging zonder te hebben gegeten, heb ik om te overleven veel zitten snoepen van de overheerlijke hete, scherpe Kimchi. Ik eet het zo uit het vuistje, zodat ik nu tegen heel scherp eten kan. Hmmm, maar sprinkhanen zijn ook om te smullen en vooral zoals Oppa ze roostert op een vuurtje! Sappig en krokant tegelijk… Hmmmjammie…
’Sun-Hee’, hoor ik roepen. Ik ben klaarwakker en hoor Oppa en Oenie mij roepen. ’Sun-Hee’, hoor ik weer, ze staan nu pal voor mijn neus. ”Ga je mee de bergen in op sprinkhanenjacht?” Alsof mijn wens is verhoord.
Opgewonden huppel ik achter ze aan. Oppa loopt al vooruit met zijn glazen pot voor de sprinkhanenvangst en ons entree aan te kondigen waarop Oenie mij teder bij de hand pakt en ik druk deze stevig tegen mijn borst. Wij zingen en juichen luid en huppelen langs de rijstvelden, steken een spoorweg over en springen over een beekje. Wat voelde ik mij vrij! Mijn hartje danst van geluk en ben een en al vol verwondering. Na een kwartiertje gewandeld te hebben, lopen we de berg al op met weelderig groeiende lavendel, minari, dragon en bieslook. Alle geuren traden mij liefkozend tegemoet… Van alle kanten hoor je de krekels tetteren in het hoge, groene gras en voordat ik met moeite een sprinkhaan te pakken heb, joelt mijn broer:
“Jullie raden nooit hoeveel ik er al heb gevangen”.
“Ik heb er al 3”, roept mijn zus. Ze gilt omdat er eentje dreigt weg te springen.
“Heb jij ook vangst, Sun”, vraagt mijn broer. Ik moet hem teleurstellen.
“Ik zal je wel helpen”, zegt Oenie vol begrip. Altijd is ze in staat mij met engelengeduld op allerlei gebieden de fijne kneepjes te leren.
Dat was onze laatste zomer samen, 40 jaar geleden…
Dank voor je tips!
Graag gedaan Ibolya!
Beste Sun-Hee,
dank je wel voor je prachtige fragment. Wat beschrijf je een exotische wereld. Je kiest ook mooie details. Maar de vertelster is pas 4 jaar en dat klopt niet met de observaties die zij doet. Een meisje van 4 ziet en ervaart de wereld anders dan een volwassene die terugkijkt.
Wanneer je hier een alwetende verteller tussen zet – die de ‘ik’ laat zien – los je dit op. Dan laat je dus de ik-vertelling los.
Een andere oplossing zou zijn om de toon en zaken die haar opvallen aan te passen aan haar leeftijd.
hartelijke groet,
Marjon