Toen ik de eerste volledige versie van Fok af had, stuurde ik het manuscript op naar mijn schrijfcoach. Eindelijk, na veel oefenen en experimenteren, had ik het gevoel – dit is mijn boek.
Na wat bescheiden complimenten en verbeterpunten in een mail, kwam het: ‘Ik denk dat het boek er bij gebaat is als je er nog een verhaallijn bijschrijft, vanuit het volwassen perspectief van de hoofdpersoon.’
Pardon?! Tot nu toe had ik alles vanuit het perspectief vanuit een meisje geschreven. Het was alsof ze zei: ‘Leuk huis heb je gebouwd, maar ik zou het afbreken en ombouwen tot twee huizen, en dan plaats je het ene in Frankrijk en het andere in Engeland.’
Een manuscript is geen boek
Ook al geef ik als schrijfcoach regelmatig dit soort feedback, als schrijver was ik ontwricht. Ik had er zoveel werk in gestoken!
Als coach heb een enorm respect voor de schrijvers die zo ver komen. Want vaak zit er jaren noeste arbeid tussen die twee kaften. Hoeveel schrijvers ken ik niet die daar halverwege de brui aangeven?
Maar het is een manuscript – geen boek. Dus na mijn complimenten geef ik net zulke rigoureuze feedback als mijn eigen coach.
Door de wanhoop heen
Ik herken de verschrikte blikken van de schrijvers. Maar ik was toch bijna klaar? Weet je niet hoeveel ik al heb veranderd, geleerd, doordacht?
Ook de feedback op Fok werkte verlammend. Ik moest er eigenlijk een boek bij schrijven. Ik wist niet of ik dat nog kon opbrengen.
Toch zeg ik wat ik zeggen moet, als coach. Omdat ik ondertussen weet dat dit een cruciaal punt is in het schrijfproces. Er is leven na de eerste versie!
De eerste versie toont het verhaal
Er gebeurt iets bijzonders als die eerste, complete versie van je boek er ligt. Nu het boek een geheel is, toont het zijn ware aard.
Dat komt omdat je het verhaal echt kan vasthouden, het staat buiten jezelf. Het is geen idee meer, niet een paar losse flarden. Nu pas kan je het gehele verhaal echt ondergaan, al lezende ervaren wat wel en niet werkt. Je kan er met afstand naar kijken. Maar vooral: je hebt je verhaal tot een einde geschreven en dat verandert je kijk.
Het onbekende einde van je boek ontdekken
Vaak werk je in eerste versie al schrijvende naar een einde toe – een inzicht, conclusie, uitkomst, oplossing, ontknoping.
Ook al denk je van te voren te weten waar jouw boek naar toe gaat, meestal kom je daar pas echt achter als je eerste (of tweede of derde) versie af hebt.
Tijdens het schrijven kom je tot nieuwe inzichten, neemt het verhaal wendingen die je niet had voorzien of gepland. De uitkomst van je verhaal kan een grote verrassing zijn. Dat maakt schrijven ook zo bevredigend, je hebt al schrijvende iets ontdekt en geleerd, wat je eerst niet wist. Dat is je elixer. Nu weet je pas echt wat je thema is.
Schrijven vanuit je elixer
En nu je dat weet, kijk je anders naar je verhaal. Je werkt niet langer naar een (deels) onbekend einde toe. Je neemt een u-bocht en schrijft terug met de kennis en ervaring die je nu hebt.
En daardoor zie je dat je wegen nam, die je niet had hoeven nemen. Of dat je stijl eigenlijk niet past bij je verhaal. Soms is je einde niet bevredigend en kan je heel gericht zoeken naar meer diepgang of samenhang.
Schrijven wordt makkelijker
Na twee maanden weerstand, pakte ik de pen weer op. Tot mijn eigen verbazing ging het herschrijven veel sneller dan ik dacht. Binnen twee dagen had ik een schema en een vorm. Snel daarna vond ik een stem voor die jong volwassen vrouw.
Ik zag dat dit boek al besloten zat in de eerste versie. Omdat ik ‘terug’ schreef, vanuit mijn eigen elixer, voelde het alsof ik heuvel af schreef, in plaats van berg op. Ik had iets in mijn vingers wat ik aan het begin niet had.
Geef niet op
Dat je eerste versie ‘niet goed’ is, betekent dus niet dat jij het fout hebt gedaan. Het helpt om die eerste versie als een fundament te zien. Van je schrijverschap. Het is een hele prestatie als je zover komt. En die eerste versie is een stevig fundament van je uiteindelijke boek.
Misschien heb je even pauze nodig, om dingen te laten bezinken. Maar onthoud dat het herschrijven makkelijker kan zijn dan je denkt. Je bent nu een schrijver. En je weet dingen die je eerst niet wist.
Dus: ga door, geef niet op! Je boek wacht op jou.
Nanda Huneman
Laatste berichten van Nanda Huneman (toon alles)
- Leren schrijven doe je zo! - 8 september 2021
- Begin je boek met een proloog - 9 oktober 2020
- Schrijf een pakkend begin van jouw boek - 27 augustus 2020
Super bedankt voor deze blog had ik echt nodig
Ik herken wat je zegt. Zelf probeer ik daar professioneel mee omgaan. Je hebt de redacteur nodig om je op problemen te wijzen. Maar ik heb zelf ook een achtergrond als redacteur en coach. Er zijn best wel dingen die je kunt zeggen als coach om verlamming bij de schrijver te voorkomen. Volgens mij was het John Green die zei: ‘Als ik de feedback van mijn redacteur terugkrijg, wil ik een paar dagen lang alleen maar onder een steen kruipen en daarna herpak ik mezelf en ga ik met de feedback aan de slag’. En wie is er beter / succesvoller dan Green? Ik zou in mijn feedback dus zo’n quote opnemen. Dan geef je aan: ‘Het is logisch dat je even van slag bent. Laat het bezinken. En pak het dan weer op.’ Of geef aan je dat je wel gelooft in het boek oid. Opbouwende kritiek moet je sandwichen tussen complimenten 🙂
Het lijkt een nieuwe ontwikkeling dat een uitgever niet meer aangeeft waarom hij je boek niet uit gaat geven, en dat je als schrijver een schrijfcoach in de arm neemt. Hoe kun je dit doen wanneer je een heel laag budget hebt? Heeft iemand daar een tip voor?
Ja, dank je wel…dit zijn van die schrijfsels die een mens af en toe gewoon even nodig heeft. Goed dat je daarmee juist op dit moment komt. (Je kijkt toch niet over mijn schouder mee?)