Boek schrijven over je leven

Schrijf ik het boek over mijn eigen leven in de ik- of in de hij/zij-vorm?  Dat is een veelgehoord dilemma bij schrijvers die hun levensverhaal willen opschrijven.  Er is geen eenduidig antwoord op deze vraag. Want beide perspectieven kennen hun voor- en nadelen. Het belangrijkste is eigenlijk dat je jezelf als een personage gaat zien.

Ik is niet gewoon ik

Levensverhaal schrijvenMeestal als we over ons eigen leven schrijven, schrijven we vanuit de ik vorm. Dat is logisch. Want zo bekijken we de wereld. Zo praten we, zo schrijven we in ons dagboek, zo schrijven we onze brieven.

Maar een boek schrijven over je leven is anders. Het gaat wel over jou,  maar voor de lezer ben je een personage.

De lezer moet zich met jou kunnen identificeren. In een boek over je leven, ben je niet zo grillig als in je dagboek. Een boek vraagt om eenduidigheid.

Om door de ogen van een lezer naar jezelf te kijken, is misschien wel een van de lastigste dingen als je een autobiografisch boek schrijft.

Met afstand naar je eigen verhaal kijken

De valkuil van het schrijven vanuit de ik-vorm is dan ook dat je te dicht bij je ‘werkelijke zelf’ blijft. Dat er te weinig afstand is tussen de ik in het boek en de ik die schrijft.

Als je je eigen levensverhaal gaat schrijven is het namelijk behulpzaam als je je niet volledig identificeert met je eigen verhaal en personage. Want af en toe ingrijpen, is noodzakelijk. Jezelf simpeler maken om je gedachtegang volgbaar te maken. Een  eigenschap vergroten om de spanning te verhogen.

Voor mijn eigen levensverhaal heb ik mezelf als een extreem wereldvreemd kind neergezet. In werkelijkheid was ik heus niet zo schuchter. Maar dat maakte het verhaal halfbakken, onduidelijk en oninteressant. Voor het verhaal moest ik het wel uitvergroten.

Hij/zij perspectief geeft soms te veel afstand

Dat is voor mij ook het moment geweest dat ik in de derde persoon ben gaan schrijven.  Ik ben mezelf als een ‘zij’ gaan zien.

Maar het vraagt behoorlijk wat oefening om het personale perspectief goed te gebruiken. Want hoe kom je in iemands hoofd als je in de derde persoon schrijft?

De valkuil van de hij/zij-vorm is dat je  te veel afstand neemt en je jezelf alleen maar van de buitenkant beschrijft.  Hoe je loopt, hoe je je kleedt, wat je zegt. Maar niet meer wat je denkt of voelt.

Een ander gevaar is dat je als schrijver, nu je niet meer jezelf bent,  continu schakelt tussen verschillende personen. Dan staat Peter weer op de voorgrond, dan Margriet.

Het grote nadeel daarvan is dat de lezer geen duidelijk uitgangspunt krijgt en zich steeds met een ander moet identificeren.

Zij als ik gebruiken

De kunst is, ook al schrijf je in de hij/zij vorm, om de lezer toch een kijkje in je hoofd te geven. Je gaat de ‘zij-vorm’ bijna gebruiken als ware het een ‘ik-vorm’. Bijvoorbeeld:

‘Zij wilde niet met hem mee, nee, dat had ze al te vaak gedaan. Ze moest nu hier blijven staan en geen vin verroeren. Hij zou vanzelf weggaan. Het was genoeg.’

Is bijna hetzelfde als:

‘Ik ga niet met hem mee. Dat heb ik al te vaak gedaan. Ik moet nu blijven staan en geen vin verroeren. Hij gaat vanzelf weg. Het is genoeg.’

Met het verschil dat er in de eerste versie net iets meer ruimte, iets meer lucht zit. De derde persoon is zo een krachtig stijlmiddel, waarbij je zowel zowel intimiteit als afstand schept.

Ik net zo goed als zij

Wat dus niet wil zeggen dat ik het afraad om de ik vorm te gebruiken als je een boek over je leven schrijft. Een cursist zei onlangs tegen mij: ‘Ik schrijf in de zij-vorm omdat ik heb gehoord dat dat professioneler oogt. Anders is het net een dagboek.’

Dat gevaar is inderdaad aanwezig, maar dat hoeft niet. Je moet je alleen goed realiseren dat jij niet die ik bent. Als je jezelf de vrijheid geeft om met die ik te spelen, kan deze vorm een mooi bezwerend effect hebben. Je komt helemaal in iemands wereld.

Afwisselen in perspectief

Het een is dus niet beter dan het ander. Soms werkt het goed om te switchen tussen verschillende perspectieven. Eerst een tijdje vanuit de ik schrijven om het verhaal dichtbij te halen. Dan weer een tijdje vanuit de zij om wat meer afstand en spelingruimte te scheppen. En dan terug naar de ik.

Het is goed om niet vast te zitten aan één perspectief. Op die manier krijg je de kans om je levensverhaal van meerdere kanten bekijken. En dat geeft vaak een heel verfrissend perspectief.

The following two tabs change content below.

Nanda Huneman

Als tiener had ik de vaste overtuiging dat schrijven zweverig was. En ik was al zo’n dromer! Mijn moeder noemde me een ‘luchtfietser’. Daarom leek het mij niet slim om mijn leven aan schrijven te wijden.

Laatste berichten van Nanda Huneman (toon alles)