Schrijven doe je met je lijf - Boekschrijven.nl

Doordat we gewend zijn geraakt om overal meteen gedachten aan te verbinden, zijn veel romans erg ‘denkerig’ geworden. We staan niet meer stil bij wat we zien, wat we horen, wat we ruiken, proeven of hoe iets voelt als je het aanraakt met je handen of op de huid.

‘Hij komt eraan.
Ik voel het in mijn botten. De geur hangt in de lucht, een geur zo herkenbaar als die van warm zand, scherpe kruiden en het zweet van honderd mannen die zwoegen in de brandende zon. Het zijn de geuren van de westelijke woestijn van Egypte en ik kan ze nog steeds ruiken, ook al is dat land bijna een halve wereldbol verwijderd van de donkere slaapkamer waarin ik me nu bevind…’

Bovenstaande zinnen komen uit ‘Het aandenken’ van Tess Gerritsen. Ik weet nog niets van de hoofdpersoon en toch raak ik al na drie zinnen bij hem of haar betrokken. Ik wil meteen verder lezen. Hoe krijgt Tess Gerritsen dat voor elkaar?

Niet alleen denkers

Het proza dat op de boekentafels ligt, bestaat voor het grootste deel uit denken. Of het boek nu in de ik-vorm of de hij- of zij-vorm geschreven is dat maakt eigenlijk niet uit. We krijgen voornamelijk aarzelingen, conclusies, twijfels, overdenkingen, oordelen of gedachtesprongen mee. Die gedachten zijn soms geestig of zelfs briljant. Maar het verhaal speelt zich grotendeels af in het hoofd van de hoofdpersoon. Terwijl wij – lezers, schrijvers en personages – veel meer zijn dan alleen denkers. Voor het overgrote deel bestaan we uit zintuiglijke gewaarwordingen en gevoelens.

Top van de ijsberg

Ons bewuste denken is maar een klein onderdeel van onze totale ervaring. Het is maar de top van de ijsberg. Het overgrote deel van ons wezen speelt zich onder water af. Onder ons denken, zeg maar,  bevindt zich een wereld waarin we van alles waarnemen. Met onze ogen, ons gehoor, onze tastzin, onze reuk en smaak. En als gevolg van die zintuiglijke ervaringen vindt er een wirwar van onbewuste of half bewuste reacties in ons plaats en die geven meestal de doorslag in wat we doen of laten. En in hoe we de dingen doen.

Schrijf vanuit je zintuigenzintuigen 1.164

Je personages, en je boek, krijgen veel meer diepte als je iets van die onderliggende wereld kunt laten zien. Maar hoe doe je dat?
Het antwoord is eigenlijk heel simpel. Schrijf vanuit je zintuigen. Maar omdat we zo gewend zijn geraakt overal meteen gedachten aan te verbinden, zijn we het ontwend om stil te staan bij wat we zien, wat we horen, wat we ruiken, proeven of hoe iets voelt als je het aanraakt met je handen of op de huid.

Stilstaan bij waarnemen

We slaan het waarnemen eigenlijk over en plakken er meteen allerlei gedachten aan:
Dat is die man die zo gierig is.
Dat huis moet nodig opgeknapt.
Die jurk wil ik hebben want die is zo chique.

Je zou ook stil kunnen staan bij wat je waarnam voor je tot al die conclusies overging. En dat zou er zo uit kunnen zien:
Het gezicht van de man is een netwerk van hele fijne rimpeltjes.
Als ze de voordeur opendoet komt haar een doordringende geur van schimmel tegemoet.
De jurk glijdt als olie over haar schouders, langs haar armen.

Wees een acteur

Bijvoorbeeld: ‘De overgave’ van Arthur japin is eigenlijk een lange monoloog van de hoofdpersoon. Nu is Arthur Japin zelf opgeleid als acteur en het kan bijna niet anders dan dat hij zich inleeft in zijn personages zoals een acteur zich op zijn rol voorbereidt.

Als schrijver ben je ook een beetje acteur. Je plaatst jezelf in de huid van je hoofdpersoon. Je probeert je, door middel van je eigen lijf, voor te stellen wat hij voelt, door zijn ogen te kijken naar wat hij ziet. Door middel van je eigen geur- en smaakpapillen proef je wat hij eet, ruik je wat hij ruikt.

Schrijf met je lijf

Schrijven doe je niet alleen met je hoofd, maar ook met je lijf. Je schrijft met huid en haar. Je gebruikt je hoofd om te bedenken dat je hoofdpersoon tijdens zijn bergwandeling hoogtevrees ervaart. Of op een prachtig uitziet stuit. Maar hoe hij die hoogtevrees ervaart, hoe dat uitzicht bij hem binnenkomt, dat moet je proberen na te voelen. Ga in je eigen lijf op zoek naar hoe die angst voelt, of die opwinding over het uitzicht dat zich plotseling voor hem ontvouwt als hij na veel geploeter het uitzicht punt bereikt.

Creatief met eigen ervaringen

Misschien heb je zelf geen last van hoogtevrees, maar heb je een ervaring gehad die erop lijkt. Misschien heb je eens op de bovenste verdieping van een flat gestaan. Hoe voelde dat? Wat gebeurde er in je voeten? In je buik? Met je ademhaling? En waar leek dat op? Waarop leek dat geruis in je oren?

Ga je eigen herinnering na aan een vergelijkbare ervaring. Vertaal die naar de situatie van je personage en gebruik daarbij je fantasie.

Pak je lezer bij zijn lurven

Inleven is een kwestie van je lichaam aanspreken, de herinneringen terughalen die erin opgeslagen liggen. Schrijven doe je vooral ook met je lijf. Dan pak je, net als Tess Gerritsen, je lezer bij zijn lurven en laat je hem niet meer los tot hij je boek tot de laatste bladzijde uitgelezen heeft.

The following two tabs change content below.

Inez Risseeuw

Ik herinner me de eerste keer dat ik echt schreef. De juf had echte inkt in de potjes in onze tafels gegoten. Uit een grote half doorzichtige fles. Het rook een beetje naar zoete medicijnen.

Laatste berichten van Inez Risseeuw (toon alles)